Studeren? Maak je eigen flashcards!
Zo ga je te werk
Pak een flashcard en stel jezelf de vraag die aan de voorkant staat. Check het antwoord op de achterkant. Op het moment dat je de vraag goed beantwoordt, leg je het kaartje links van je. Als je de vraag fout hebt, leg je ‘m rechts. Herhaal de kaarten van het ‘foute stapeltje’ net zolang tot je ze goed hebt. Alle kaarten die je in één keer goed had, herhaal je op het einde nog een keer. Zo leer je supersnel alle leerstof (en houd je tijd over voor andere leuke dingen).
Je kan natuurlijk ook moeilijke definities, formules en andere stukken tekst noteren. Vul aan met kleine tekeningen, kernwoorden en details die je zeker niet mag missen. Het mag zo simpel of uitgebreid als jij wilt!
Dit heb je nodig:
- Steekkaarten (om de kaartjes te maken)
- Tekstmarkers (als je de kaartjes wilt kleuren)
- Schrijfmateriaal (om alles te noteren)
- Fineliners (handig voor de details)
- Gaatjesmaker (om de flashcards te perforeren)
- Ringen (om al je flashcards te bundelen)
DIY flashcards
Flashcards werken nog beter als je ze zelf maakt. Hoe ze eruitzien, dat bepaal jij. Hou de flashcards basic met alleen vragen en antwoorden of ga voor uitgebreide versieringen. It’s up to you!
Tip: het is handig je flashcards te nummeren of te markeren met opvallende kleuren. Zo kan je de verschillende onderwerpen en thema’s goed uit elkaar houden.